Het leven van Hans Op de Beeck is eenzaam en mistroostig
Roos van Put | Zeeuwse Courant, 6 January 2007
Het is stil in de museumzaal, niet omdat er geen bezoekers zijn, maar omdat degenen die de tentoonstelling bezoeken nauwelijks durven adem te halen. Te zien zijn diverse schermen van monumentaal formaat. Elk toont een andere film en terwijl je deze bekijkt, bekruipt je een onheilspellend gevoel. Wat je ziet, is direct ontleend aan de werkelijkheid, maar het is een realiteit die geënsceneerd lijkt en tegelijk verdacht echt is.
Zo filmde beeldend kunstenaar Hans Op de Beeck (1969, Turnhout, België) caissières in een supermarkt, niet op een moment dat de kassa's driftig rinkelen maar op een ogenblik dat ze juist niets hebben te doen. Zij wachten op klanten in een lege supermarkt. De camera glijdt genadeloos langs de verveling die zich van ieder meester heeft gemaakt.
Ook Insert Coin - For Love uit 1999 toont de desolaatheid van het bestaan van een peepshowmeisje dat op een draaicirkel wacht - gekleed in uitdagende lingerie - totdat de raampjes langs de wand opengaan. Blijkbaar is het een dag dat de heren elders bezigheden hebben, want haar zaligheden hoeft ze even niet te tonen omdat er toch geen klandizie is. Ook zij verveelt zich en wacht en wacht en wacht.
Kenmerkend voor al zijn films - Op de Beeck spreekt zelf heel treffend van bewegende schilderijen - is een door je ziel snijdende vorm van troosteloosheid. Of je nu het echtpaar ziet dat tegenover elkaar zit en werkelijk helemaal geen contact heeft tijdens het nuttigen van een kopie koffie, of een draaimolen zonder vrolijke kinderen, telkens wordt benadrukt dat eenzaamheid of mistroostigheid troef is. En wel zodanig dat je er niet eens meer om kunt lachen. Plekken en situaties die hij schetst, zijn zowel herkenbaar als inwisselbaar en daardoor ook zo schrijnend.
Was je echter al in een antiwereldbui, dan wil je na het zien van deze films bij voorkeur diep onder je dekbed wegkruipen. Om er nooit meer onder vandaan te komen. Want Hans Op de Beeck is meedogenloos in zijn waarneming. Als hij jou door zijn ogen laat zien, houdt hij je ook op zo'n manier een spiegel voor dat je nooit zult twijfelen aan zijn achterliggende bedoelingen: de confrontatie is een harde.
Donker wegrestaurant
Hetzelfde effect sorteert het site specific work Location (2004) dat de kunstenaar speciaal maakte voor het GEM met assistentie van studenten van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Het werk is maar liefst 21 meter lang en 11 meter breed. Werd je al niet echt vrolijk van zijn films, dan neemt het troosteloze gevoel in deze installatie, een complete op schaal nagebouwd wegrestaurant, al helemaal monumentale afmetingen aan. Hier krijg je een desolate ervaring voorgeschoteld, alleen speel je nu zelf de hoofdrol.
Via een trap kun je het werk betreden. Wanneer de ogen het donker hebben verwerkt, zie je dat je je bevindt in een wegrestaurant dat consequent bestaat uit monochrome donkere - zwarte tinten. Of je nu de servetjes ziet, de zout- en peperstelletjes, de banken en tafels, alles, maar dan ook alles is in zwart. Tot de jas aan de kapstok toe. Het mooie aan zo‘n omgeving is dat het een sensatie is om er lange tijd in te verblijven; is het niet omdat je in dat duister steeds méér ontwaart, dan is het wel om de sinistere sfeer te voelen die zich langzaam maar zeker van je meester maakt. Angst in combinatie met de zucht naar avontuur neemt bezit van je.
Zittend aan de tafeltjes zie je door de ramen een snelweg, met ook alweer zo'n sombere sfeer. Lantaarns verlichten de in de verte verdwijnende weg, waarop zich geen auto's bevinden. Kijk je vervolgens naar links, dan zie je - via een spiegel - de snelweg aan de andere kant van het wegrestaurant, althans, die suggestie wordt treffend gewekt. Hans Op de Beeck verovert zich met dit site specific work een plek in je hoofd; hij laat je naar de wereld kijken die je aan de ene kant wel kent en die aan de andere kant in al die alledaagsheid, in alle vermaledijde truttigheid of burgerlijke voorspelbaarheid tóch nog verrassingen in petto heeft. En dat deze niet in de categorie vrolijk kunnen worden ondergebracht, moge duidelijk zijn.
Centraal in zijn werk - het is in de literatuur over deze gevierde kunstenaar die video's, tekenfilms, maquettes en foto's maakt, al vaak gezegd - staat de vervreemding die besloten ligt in het moderne leven, en de vervlakking, eenvormigheid en miscommunicatie waarmee die gepaard gaat. En opnieuw bewijst Hans Op de Beeck met dit werk dat hij als geen ander patent heeft op het overbrengen van dergelijke aspecten uit de samenleving.